01. Armtechnieken

Dit zijn aanvallen en verdedigen met de handen/armen.

Te : hand

 

De meest gebruikte natuurlijke wapens

 

Ken : vuist

Seiken : voorkant van de vuist (met dai-kento : de twee grootste knokels)

Uraken : rugkant van de vuist

Boshiken : duim

Tettsui : hamervuist

Shoken : middelste gewricht van de wijsvinger

Hiraken : middelste gewrichten van de vier vingers

Shukoken : polsgewricht

Shuto : zwaardhand, de rand van de hand aan de kant van de pink

Haito : de rand van de hand aan de duimkant

Shotei : handpalm

Yubi : vinger

Hiji of empi : elleboog

Kote, Ude : onderarm

Nukite : speerhand (zie ook verder)

 

Sommige van deze natuurlijke wapens worden ook voor de afweren gebruikt. In Uechi Ryu Karate-Do wordt vooral de open hand gebruikt of natuurlijke wapens die verschillend zijn van de vuist.

 

Tsuki-waza : stoottechnieken

 

Seiken-tsuki : stoot met de vuist

Met verplaatsing achterste been gaat naar voor (vb doorstap in zenkutsu-dachi) :

  arm aan dezelfde kant : oi-tsuki

  arm aan de tegengestelde kant : gyaku-tsuki

ter plaatse of met verplaatsing voorste been naar voor :

  arm aan dezelfde kant : mae-te

  arm aan de tegengestelde kant : gyaku-te

 

Kizami-tsuki : stoot met de voorste arm, schouders wat ingedraaid

Mawashi-tsuki : halfcirkelvormige stoot

Age-tsuki : stijgende stoot

Ura-tsuki : korte stoot zonder de vuist te draaien (handpalm naar boven)

 

Deze technieken vereisen “hiki-te” : het terugnemen van de andere arm.

 

Uchi-waza : slagtechnieken

 

Seiken

Seiken-uchi : slag met de vuist, de arm wordt onmiddellijk teruggenomen

 

Uraken

Uraken-uchi : slag met de rugkant van de vuist

Tate-uraken-uchi : recht naar voor

Yoko-uraken-uchi : in het zijvlak naar voor

 

Hiji

Hiji-uchi (hiji-tsuki, hiji-ate) : slag met de elleboog

We onderscheiden de volgende basistechnieken met de elleboog :

Tate-hiji-uchi : stijgende elleboogslag

Yoko-hiji-uchi : zijwaarts

Ushiro-hiji-uchi : rugwaarts

Furi-hiji-uchi : cirkelvormig

Otoshi-hiji-uchi : naar beneden

Soms wordt voor de benaming van elleboogtechnieken ook “ate” gebruikt ipv “uchi”. Ate slaat op het gebruik van wapens met een groter of breder raakvlak zoals de knie of de elleboog.

 

Tettsui-uchi : slag met de hamervuist

Shuto-uchi : slag met de meshand

 

Er zijn nog talloze andere uchi-waza die met specifieke delen van de hand of de arm worden uitgevoerd.

 

Nuki-waza : steektechnieken

 

Nukite : speerhand, we onderscheiden vier types vertrekkende van de gewapende open hand:

 

De eerste drie vertrekken vanuit hiki-te, de “gewapende” positie (open hand teruggetrokken onder de oksel).

Eerste methode : de gestrekte vingers worden recht naar voor ingestoten door de hand te draaien zodat de handpalm neer beneden wijst. Dit noemen we ook “Sanchin-nukite” omdat deze techniek veel in de kata Sanchin wordt gebruikt (zie ook later).

Tweede methode : de gestrekte vingers worden recht naar voor ingestoten maar de hand wordt slechts 90 graden gedraaid (de handpalm wijst zijwaarts).

Derde methode : de gestrekte vingers worden recht naar voor ingestoten maar de hand wordt niet gedraaid (de handpalm blijft naar boven of zijwaarts wijzen).

De vierde methode vertrekt met beide handen aan de heupen teruggetrokken, naar voor gericht dus handpalm naar binnen. De handen worden zonder rotatie naar voor gestoten. Dit is bijvoorbeeld het geval in de opening van Sanchin kata.

 

Furi-nuki : de gestrekte vingers worden in een cirkulaire zwaaibeweging naar voor en/of naar achter gestoten. Dit is bijvoorbeeld het geval in Seisan kata.

 

Uke-waza

 

Uke-waza zijn de afweertechnieken

Een verdediging bestaat (meestal) uit een afweertechniek en een verplaatsing. We bespreken hier enkel de afweertechniek en niet de verplaatsing.

 

Met gesloten hand (vuist) :

Jodan-age-uke : hoge zone stijgende afweer

Chudan-uchi-uke : middenzone afweer naar buiten (met de binnenkant van de onderarm)

Chudan-soto-uke : middenzone afweer naar binnen (met de buitenkant van de onderarm)

Gedan-barai : lage zone vagende afweer naar buiten

Uchi-barai : lage zone vagende afweer naar binnen

 

We noemen deze afweren ook de “Kihon-afweren”. Het raakvlak van de afweren is eigenlijk de onderarm (kote) en niet de vuist.

 

Met de open hand :

Uechi-Ryu Karate-Do prefereert het gebruik van de open hand. Het gebruik van de open hand laat het vastgrijpen van de tegenstander toe waarna verdere technieken mogelijk worden. Er bestaan een groot aantal afweertechnieken met de open hand. Wat volgt zijn de meest belangrijke.

 

Hirate : open hand

Hirate mawashi-uke : cirkelvormige afweer met open hand

Hirate wa-uke : dubbele cirkelvormige afweer met open handen

Shotei-(uchi-)uke : afweer naar binnen met de handpalm

 

Sukui-uke : afweer die de aanval omhoog lift, we onderscheiden de volgende manieren van uitvoeren :

 

Hirate sukui-age-uke : scheppende afweer met geopende hand

Shoken sukui-age-uke : scheppende afweer met shoken

Hirate barai-sukui-uke : gedan-barai waarbij de opengehouden hand het aanvallende been opzij en omhoog schept

Next
Next

02. Beentechnieken